Nieuw-Zeeland is na september opnieuw getroffen door een aardbeving, deze keer met een kracht van 6,3 op de schaal van richter. De aardbeving vond dinsdagmiddag (lokale tijd) plaats in Canterbury, de regio waar Christchurch ligt. Premier John Key meldde dat er zeker 65 doden zijn gevallen en gevreesd wordt dat dit aantal nog sterk zal stijgen. Burgemeester Bob Parker heeft laten weten dat er nog zo’n 200 mensen onder het puin liggen.

Door de aardbeving raakten twee bussen bedolven onder vallend puin, waarbij een nog onbekend aantal mensen om het leven kwam. Meerdere gebouwen stortten in, waaronder een kerk in het centrum van de stad. In het Forsyth Barr-gebouw zitten tientallen mensen op de twaalfde verdieping vast. Alle trappenhuizen zijn ingestort. Op meerdere plekken brak brand uit, maar door gebrek aan water is blussen een moeilijke taak. Een van de ziekenhuizen in de stad moest deels worden geëvacueerd, maar er kan nog wel worden geopereerd. Het netwerk in het gebied is overbelast waardoor veel mensen elkaar moeilijk kunnen bereiken. Daarnaast is de infrastructuur zwaar beschadigd en zit 80% van de stad zonder elektriciteit. Ondanks dat de sterkte van deze aardbeving minder was dan die in september, is de situatie nu véél erger. Na de eerste beving volgden een aantal naschokken, sommigen met een sterkte van 5,7 op de schaal van Richter.