“Nu de opening van Lelystad Airport een jaar langer op zich zal laten wachten, ga ik de afspraken over de groei van het aantal vliegbewegingen op Schiphol niet herzien. Die afspraken staan gewoon”, aldus Cora van Nieuwenhuizen (minister van Infrastructuur en Waterstaat).

Van Nieuwenhuizen laat weten dat over verdere groei van Schiphol afspraken staan in het regeerakkoord, “namelijk dat tot 2020 het maximale aantal vliegbewegingen 500.000 is. Daarna moet er volgens de 50-50 verdeling groei gerealiseerd worden.” Onder andere Schiphol, KLM, TUI en de ANVR willen juist dat er weer wordt gepraat over uitbreiding van het aantal vliegbewegingen of op z’n minst het optimaal benutten van het aantal toegestane vliegbewegingen.

“Schiphol zit echt tegen de grens aan en wil groeien met intercontinentaal verkeer en dan zit je dus met de zogenaamde vakantievluchten, waar Nederland ook behoefte aan heeft. Die vakantievluchten moet je ergens kwijt”, aldus Van Nieuwenhuizen. “Doordat dat op Lelystad kan, creëer je op Schiphol de ruimte voor het mainport-gebonden verkeer. We willen als Nederland actief in de wereld blijven participeren.”

“Lelystad is bedoeld als overloop-luchthaven voor Schiphol door vakantievluchten over te nemen. Als de slots van vakantievluchten gebruikt kunnen worden voor intercontinentaal verkeer, dan heeft heel de wereld daar voordeel van, want Schiphol is een hele belangrijke hub. Al die transfer-passagiers zijn belangrijk voor ons vestigingsklimaat, want bedrijven komen hier omdat er goede verbindingen zijn. Daar is dit een belangrijke stap voor.”

Van Nieuwenhuizen liet tevens weten dat er wordt gekeken of stillere vliegtuigen bevoordeeld kunnen worden of dat lawaaierige vliegtuigen zwaarder worden belast. “In het Europese werken we in het kader van het klimaatbeleid en CO2-doelstellingen aan een gezamenlijk Europees beleid. Als dat allemaal niet lukt, als we niet succesvol zijn bij de Brusselse collega’s, dan staat er ook een vliegtaks in ons akkoord opgeschreven. We zitten dus ook aan de andere kant de sector achter de broek om schoner, efficiënter en stiller te worden en gelukkig zien we daar ook goede ontwikkelingen.”