De toeristensector heeft door de coronapandemie een zware dreun gekregen. Vanwege de beperkingen op onder meer internationaal reisverkeer vallen ook deze zomer de bestedingen tegen, maar herstel is in zicht. Dat maakt het verlengen van de steunmaatregelen zinvol, ook voor ondernemingen die zich op vakanties naar het buitenland richten en daarmee een stevige bijdrage aan de economie hebben.

De afname van het aantal vakanties heeft volgens het onderzoek van ABN AMRO alles te maken met de beperkende maatregelen, zo schrijft Stef Driessen (Sector Banker Leisure bij ABN AMRO) naar aanleiding van het onderzoek naar de reissector en de coronacrisis. Voor negen op de tien reizigers hadden én hebben de coronamaatregelen invloed op het vakantiegedrag. Zo haakte 84 procent van de reizigers af wanneer een quarantaine in het land van bestemming werd vereist. Beperkingen in lokale horeca en toeristische attracties was voor ruim twee op de drie vakantiegangers reden om niet te boeken. De verplichte coronatest was voor bijna de helft van de vakantiegangers aanleiding om thuis te blijven.

In 2019, voor het uitbreken van de coronapandemie, gingen Nederlanders gemiddeld 20,8 dagen op vakantie. Hiervan werden 6,2 dagen in eigen land besteed en 14,6 dagen in het buitenland. Aan die buitenlandvakanties (met inbegrip van zakenreizen) gaven alle Nederlanders samen 24,3 miljard euro uit, zo blijkt uit de Nationale Rekeningen van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Van dat bedrag bleef 6,4 miljard euro ‘hangen’ in eigen land. Geld dat verdiend werd in Nederland, door Nederlandse bedrijven. Het betreft onder meer uitgaven aan reisbureaus, taxi’s en taxfree-winkels op Schiphol. De overheid pikt hier ook een graantje mee via de btw en andere belastingen.

Met die 6,4 miljard euro leveren ondernemingen die zich richten op buitenlandvakanties een serieuze bijdrage aan de Nederlandse economie. Deze bijdrage komt niet uit de lucht vallen, maar is het gevolg van een decennialange ontwikkeling. Sinds 1966 zijn werkgevers verplicht om hun medewerkers minstens twee weken per jaar vrij te geven, met behoud van salaris. Vakantie is daarmee een recht geworden. Met de stijging van de welvaart nam ook de vakantiedeelname toe. Waar 43 procent van de Nederlanders in 1969 op vakantie ging, is dit vijftig jaar later liefst 83 procent.

De pandemie heeft echter roet in het eten gegooid. Vorig jaar namen de bestedingen aan buitenlandvakanties met 60 procent af, rapporteerde het CBS in augustus. De Nederlandse economie liep hierdoor volgens ABN AMRO 3,8 miljard euro mis. In vergelijking met 2019 daalden de vakantiebestedingen in de zomer van 2020 met maar liefst 74 procent, tot slechts 3,4 miljard euro. Deze daling kwam voor rekening van de buitenlandvakantie. De winterperiode had beduidend minder last van corona, omdat er in januari en februari vorig jaar nog nauwelijks annuleringen waren. De totale vakantiebestedingen in de winterperiode daalden in 2020 ‘slechts’ 19 procent, tot 6,8 miljard euro.

Inmiddels is ook het jaar 2021 al vergevorderd. Uit de GFK-enquête blijkt dat slechts 1 op de 6 Nederlanders in de eerste helft van het jaar een vakantie naar het buitenland heeft geboekt, ongeveer 16 procent. En slechts een derde van de Nederlanders die wel eens op vakantie naar het buitenland gaat, heeft de intentie om de komende drie maanden een trip over de grens te boeken. De voorkeur gaat dan vooral uit naar een zomerstrandvakantie of een stedentrip met eigen vervoer of het vliegtuig, bij voorkeur naar Spanje, Duitsland, Frankrijk en Italië.

De omzet en toegevoegde waarde die hier dit jaar mee gerealiseerd worden, laten zich lastig voorspellen. Voor een deel betreft het uitgestelde reizen die al in 2020 zijn betaald. Daarnaast zijn de afgelopen maanden de nodige vouchers terugbetaald wat leidt tot correcties op de eerder gerapporteerde reisomzet. Tot slot worden met name de verre reizen en de groepsreizen hard geraakt. Dit zijn duurdere reizen waar relatief veel advies en toegevoegde waarde wordt gerealiseerd.

ABN AMRO denkt wel dat het dieptepunt is gepasseerd, zo schrijft Driessen op de website van de bank. Zo is de bank optimistisch over het naderende winterseizoen. Wanneer de beperkingen voor buitenlandvakanties gematigd blijven, is deze winter een omzet van 80 procent van die voor de pandemie een realistische verwachting.