Reiswerk Pensioenen heeft besloten de pensioenpremie minder te laten stijgen dan eerder aangekondigd. “Vanzelfsprekend is een stijging met 3,3%-punt beter dan een stijging met 8,6%-punt, maar het proeft bitterzoet. Het is natuurlijk gewoon een verslechtering. In ieder geval kost het de werkgever meer en gaat de werknemer er in de praktijk per 1 januari financieel op achteruit”, zo laat Frank Radstake (cao-onderhandelaar namens ANVR) weten.
Het pensioenfonds zal niet de eerdergenoemde 33,9%, maar 28,6% in rekening gaan brengen. In 2019 is de premie nog 25,3%. Het opbouwpercentage blijft gelijk op 1,6%. In de reisbranche mogen werkgevers 50% van de pensioenpremie laten betalen door werknemers.
Radstake had liever met de vakbonden afspraken gemaakt over een geheel nieuwe pensioenregeling per 1 januari 2021 met een vaste pensioenpremie van 25,3%. “Dan hadden we én premiestabiliteit én een betere pensioenregeling gehad voor de reisprofessionals. Helaas zijn we daarin niet geslaagd. We beraden ons dan ook op vervolgstappen: zo kunnen we niet blijven doorgaan natuurlijk. Maar aan de premie voor volgend jaar kunnen we helaas niets meer doen.” Reisondernemingen zijn op basis van de wettelijke verplichtstelling aangesloten bij Reiswerk Pensioenen en worden rechtstreeks geïnformeerd door het pensioenfonds over de premie voor 2020.
