De Vakantiebeurs, ieder jaar weer de discussie over wat het eigenlijk oplevert als reisbedrijf om er te staan. Met (te?) dure stands, minder beursdagen, een wirwar aan aanbieders, bezoekers die zich ‘slechts’ oriënteren, regionale reisbeurzen die als paddenstoelen uit de grond schieten en het internet dat tal van mogelijkheden biedt, mogen we blij zijn dat de Vakantiebeurs volgend jaar Abraham ziet. Of zit er een wonder in het verschiet waar zwartdenkers alleen om kunnen lachen?

Dit jaar liep ik voor het eerst een dag vóór de Vakdag door de hallen en in alle eerlijkheid hield ik mijn hart vast of de sfeerloze ijskoude hallen de volgende dag plaats zouden maken voor warmte, bedrijvigheid en gezelligheid. Warm was het in ieder geval, maar in de hallen 1, 2, 3, 4 en 5 (de gehele rechterzijde komend vanuit de richting Utrecht CS) was het ijskoud, want die waren domweg gesloten. Ten opzichte van voorgaande jaar waren overigens alleen 2, 3 en 4 dicht.

De Vakdag, om eerlijk te zijn kijk ik er altijd een beetje tegenop, want (gelukkig) wil iedereen wat in een tijdsbestek van pak hem beet zeven uur waardoor je altijd het idee krijgt dat je partijen moet teleurstellen. De vorig jaar zeer succesvolle B2B-Zone zou dit jaar zijn geüpgraded, maar was in plaats van gelijkvloers en direct zichtbaar vanaf de beursvloer knap ‘verstopt’ en toegankelijk via lift of trap achter de (wel) continu propvolle ‘B2B Garden’ (goed verzonnen die naam). Wel een leuk uitzicht op de beursvloer overigens en er waren ook boven genoeg partijen die de hele dag afspraken hadden. Een tachtiger die ik sprak, liet mij weten dat hij in zijn tijd al geen stand had met zijn bedrijf. “Tijdens de Vakdag moet je een goede plek hebben aan de bar, want daar worden de beste deals gemaakt.”

De nieuwe indeling zorgde voor menigeen uiteraard voor het nodige zoekwerk. Ik sprak iemand die zich ‘ontheemd’ voelde door de nieuwe indeling, een ander had het over ‘rommelig’, ‘sfeerloos’ en ‘onoverzichtelijk’ met als gevolg voor het eerst in 30 jaar een vertrek nog voor menig borrel van start ging. Aan de andere kant ook heel veel positieve geluiden, reisprofessionals die de nieuwe indeling ervaarden als makkelijker, intiem en druk (met de voetnoot of het nu wel of niet drukker was aangezien er van minder hallen gebruik werd gemaakt). Met eenzelfde bezoekersaantal als vorig jaar en minder hallen wordt het met de consumentendagen wel slenteren.

Waar de ene touroperator verdwijnt van de beursvloer, staat de andere touroperator er voor het eerst. Afhakers steken de 60 mille liever in online marketing, omdat de resultaten daarvan volgens hen een stuk beter meetbaar zijn. Aan de andere kant zijn er de partijen die zweren bij de Vakantiebeurs. Gehoord: “Ik haal 80% van mijn omzet uit ‘Utrecht’.” De Jaarbeurs zal in haar handjes knijpen met grote magneten als TUI, Corendon, FOX en Sunweb, maar zal toch ook alle zeilen bij moeten zetten door partijen die afhaken, partijen die twijfelen en de bezoekersaantallen die niet meer te vergelijken zijn met tien jaar geleden.

Ook een jaarlijks terugkerende discussie: het aantal consumenten op de Vakdag. Daar is zeker verbetering in gekomen wanneer je het vergelijkt met tien of vijf jaar geleden, maar natuurlijk waren ze er nog. Maar goed, erg druk kan ik mij er niet om maken. Ik genoot juist met volle teugen van de gezette man die tijdens een gesprek dat ik voerde in de gang de volle tien minuten bezig was met het rangschikken van de brochures en giveaways die hij had gescoord. Ik voorspel volgend jaar op de Vakdag een gelijk aantal consumenten en een recordaantal reisprofessionals met trolley.

Wat vind je ervan? Het is ‘dé’ vraag die iedere vakbezoeker wel tien keer op de Vakdag wordt gesteld. Met de woorden van menig spreker op het Travel Congress in mijn achterhoofd, waarin toch vooral werd aangeraden om menselijk over te komen als bedrijf, kan het toch niet anders dat de Vakantiebeurs een blijvertje is. Elkaar ontmoeten, omhelzen, de hand schudden, gelukkig nieuwjaar wensen, “hey” roepen of een duim omhoog steken, even bijpraten. Het zal toch niet zo zijn dat de Vakantiebeurs in de toekomst verdwijnt? De locatie is niet heilig (toch, hoe centraal wil je het hebben), maar dat de landelijke Vakantiebeurs en Vakdag haar laatste dagen telt, daar geloof ik niet in.

Dé dag dat je je collega-reisprofessionals tegenkomt, dé start van het boekingsseizoen, hét moment dat de klant zich serieus gaat oriënteren, dé graadmeter voor heel veel landen en partijen hoe 2019 er voor hen uit gaat zien, een frietje of broodje braadworst die in tegenstelling tot op de ITB wél betaalbaar zijn (nog steeds duur, maar veel goedkoper dan in Berlijn) en een afsluitend feest waar je gratis (bezoeker: “Wie betaalt dat?”) drank, pizza en broodjes hamburger krijgt in plaats van € 10 per biertje in het InterContinental tijdens de ITB in Berlijn en ja, de sfeer op de Vakdag was in mijn ogen goed.

Natuurlijk, voor de één gaat de beurs meer opleveren dan de ander, gelooft de één in de landelijke beurs en andere in de regionale of een combinatie en maakt Piet van een mug een olifant terwijl Wim zich er niks van aantrekt. Het zegt ook wel wat iets dat zelfs de grootste critici op onze Facebook-poll ‘Vakantiebeurs: top of flop’ top invullen. De Vakantiebeurs en Vakdag die moeten blijven, ook al is het over tien jaar in één hal. Nee, je zal maar naar de Miljonairsfair of de Paranormale Beurs moeten, dat lijkt mij pas de hel op aarde!

Arjen Lutgendorff
arjen@travelpro.nl