Transavia heeft vandaag ook haar eerste vluchten opgestart vanuit de luchthavens Rotterdam The Hague Airport en Eindhoven Airport. Op 4 juni zijn de eerste vluchten vanaf Schiphol uitgevoerd.

Rotterdam The Hague Airport en Transavia verwelkomden vanochtend om 7.50 uur voor het eerst sinds twaalf weken de eerste passagiers weer op de luchthaven voor de vlucht naar Faro. Naast onze passagiers en crew, is ook onze COO Petra de Ruiter aan boord meegegaan. “Ik vind het belangrijk om onze crew weer welkom terug te heten en zelf te zien en ervaren hoe deze aangepaste manier van reizen wordt gevoeld en beleefd. Niet alleen door onze crew maar natuurlijk ook door onze passagiers. We zijn blij dat we zijn opgestart en ook vanuit de regio reizen naar mooie bestemmingen weer mogelijk maken.”

Naast Faro in Portugal wordt er vanaf Rotterdam The Hague Airport vanaf 18 juni weer gevlogen naar Malaga, Alicante en Ibiza in Spanje en Split in Kroatië. Vanaf 2 juli komen daar nog 22 bestemmingen bij zoals Corfu, Kos en Heraklion in Griekenland, Perugia in Italië en Valencia, Mallorca en Girona in Spanje.

Eindhoven Airport is niet dicht geweest. Met de opstart van de Transavia vluchten naar Faro en Lissabon in Portugal, Barcelona, Malaga, Alicante, Ibiza en Valencia in Spanje en Bologna in Italië zijn nu ook vanuit Eindhoven meer bestemmingen bereikbaar. Vanaf 2 juli komen daar nog twaalf bestemmingen bij zoals Zakynthos, Heraklion en Kos in Griekenland en Tenerife, Lanzarote, Gran Canaria en Mallorca in Spanje.

Het aantal bestemmingen en ook de frequentie zal in de maanden juli en augustus verder stijgen. Wel benadrukt Transavia dat eventuele aanscherping of aanpassing van restricties in landen vanwege het coronavirus, kunnen betekenen dat aanpassing van het vluchtschema noodzakelijk is.

Transavia neemt verschillende extra maatregelen om het vliegen zo veilig en gezond mogelijk te maken, zoals extra reiniging van de vliegtuigen en het verminderen van onderling contact. De passagiers en bemanning zullen op alle vluchten gezichtsbescherming (van neus en mond), waardoor het toch al lage risico van verspreiding van het coronavirus verder wordt verkleind.