In 2011 zijn door de Nederlandse beroepsbevolking in totaal bijna 10 miljoen zakenreizen ondernomen, waarvan ruim 5 miljoen naar het buitenland en ruim 4,5 miljoen in eigen land. In totaal waren deze reizen goed voor bijna 24 miljoen zakelijke overnachtingen in binnen- en buitenland. De totale bestedingen van Nederlandse zakenreizigers bedroegen in 2011 bijna 5,3 miljard euro. Dit blijkt uit de jaarresultaten van het ContinuZakenreisOnderzoek (CZO) 2011, een grootschalig tweejaarlijks consumentenonderzoek van NBTC-NIPO Research naar het zakelijk reisgedrag van de Nederlandse beroepsbevolking.
De belangrijkste reden om voor het werk naar het buitenland te reizen is het bijwonen van een vergadering (20%). De belangrijkste bestemmingslanden zijn onze buurlanden. Met zo’n 1,3 miljoen zakenreizen staat Duitsland aan kop. België staat met 975.000 zakenreizen op nummer twee. Groot-Brittannië complementeert de top drie met zo’n 530.000 zakelijke reizen. Bij nagenoeg de helft van de zakenreizen wordt per vliegtuig gereisd, ruim een derde gaat per auto en zo’n 7% reist met de (hogesnelheids)trein. Gemiddeld wordt 745 euro per persoon per zakenreis uitgegeven. In totaal komt dit neer op een economische waarde van ruim 3,8 miljard euro
